It's hard working, but still worth my opinion

'Ik?' Ik keek hem fronsend aan.

'nee hij.' Zei hij en kwam moeilijk overeind.

Ik knikte zachtjes en pakte zijn arm zachtjes en hielp hem op het bed. 'Wat een smeerlappen..'

Hij ging zitten en mompelde wat. 'Ze is veilig.'

Ik keek hem onderzoekend aan. 'Weet je dat zeker? Alle gaten die ze heeft... Bah.'

'Ja dat weet ik zeker.' Zei hij en sloot zijn ogen even.

I keek naar hem en haalde mijn schouders toen op. 'Best.' Ik ging lgigen.

Hij legde zijn hoofd tegen de muur en sloot zijn ogen even. Tenminste dat hoopte hij.

wat hoopte hij? xd

En oké haha. Wat nu?

Dat ze veilig is

ja ik dacht of ze vinden haar juist, maar ze is flauwgevallen door de honger enzo en ze denken dat ze dood is dus uhm. Ja, weet niet. Ze brengen haar weg of zo en praten hardop en dat hoort Avon dan weer etc. xd

Aha ja oké

haha, yeah :$
-

Ik tilde haar lichaam door de gangen. Ze was een paar dagen weggeweest en nu hadden we haar gevonden in de voorraadkast. Dood... Ze voelde koud aan. Iemand had het zieke idee gehad haar zo nog te verkrachten, maar dat was zelfs onder ons niveau. 'Ja, zonde dat ze dood is,' zei ik hard terwijl ik langs de cellen liep. 'Ze was een goed seksmaatje.'

Hij zat op het bed en keek verbaasd op. Snel stond hij op en keek ernaar op de gang. Hij zag haar lichaam slapjes in zijn armen hangen. Hij keek er emotieloos naar, maar voelde zich beroerd. Hij had haar in de steek gelaten.

Ik keek even naar haar bleke gezicht. 'Gaat ze gewoon op destaprl of...?' Vroeg ik de ander.

Hij luisterde ernaar en beet hard op zijn wang. Voorzichtig liep hij weer naar de gang en keek naar haqr. Hoe kon dit?

Ik bleef even staan. 'Leggen haar er wel bij en vragen het.' Jik knikte naar hen. 'Doen we dat.'

Hij kreeg tranen in zijn ogen en liet zich woedend op het bed vallen.

Ik keek verbaasd naar mijn celgenoot. 'Wat is er?' vroeg ik hem.

Ik liep met haar weg naar het massagraf.

'ze is dood.' Gromde hij.

Ik viel stil. 'Oh...' Ik sloeg mijn ogen neer en stond toen op. 'Nou kom op.'

'Laat me met rust.' Zei hij en legde zijn hoofd tegen de muur.

'Nee, we gaan afscheid van haar nemen voordat ze haar lichaam verbranden. Nou kom mee.' Ik trok aan zijn arm.

Hij keek naar hem.'er mogen er toch niet in.'

'Er in? Ze gooien alle lijken op een hoopp in de grond. Nou kom voordat ze weg is.' Ik trok hem gewoon mee.