It's hard working, but still worth my opinion

Ik keek naar de wond en beet hard op mijn lip. 'Ohoh...' Ik drukte hem zachtjes naar achter. 'Hoe krijg ik dat ooit schoon...'

Hij keek naar haar en kneep zijn ogen bijna meteen weer dicht.

Ik beet op mijn lip en keek twijfelend de kleine cel rond. Wat moest ik in hemels naam hieraan doen?

'Wat is er?' Kreunde hij zacht en keek naar haar.

'Het is helemaal vies... Het moet schoongemaakt worden.' Ik keek naar hem. 'maar hoe...?'

hij schudde zijn hoofd. 'Nee het hoeft niet. Echt niet.' Zei hij en kwam weer rustig overeind.

'Jawel... Je hebt het niet gezien.' Ik keek naar zijn gezicht met een bezorgde blik.

Hij keek naar haar en zuchtte zacht. 'Het kan niet schoongemaakt worden, ik moet morgen werken.'

Ik keek bezorgd naar hem op. 'het kan wel schoongemaakt worden...' Ik sloeg mijn ogen neer en sloeg mijn armen meteen om mijn middel heen. Moest ik me voor hem opofferen?

Hij schudde zijn hoofd. 'nee, dat kan niet. Want jij verlaat deze cel dus niet.'

Ik keek naar hem en beet op mijn ip. 'Ik wil niet dat je dood gaat of zo...'

'Ik ga niet dood.' Zei hij en kroop op het bed.

Ik keek ongerust naar hem. 'Ik denk dat ik toch beter iets kan regelen...'

'Nee niet doen.' Zei hij en keek haar smekend aan. 'Dadelijk doen ze je nog wat.'

Ik beet hard op mijn lip en knikte heel zachtjes. 'Maar...' Ik viel stil en keek weer naar zijn wond. Ik wilde ook helemaal niet.

'Het is maar een wond.' Zei hij en sloot zijn ogen. 'het gaat wel.'

'Als het nog meer pijn dort, ga ik wel,' zei ik en ik staarde naar het deken.

De pijn was er zeker nog, maar hij wist dat hij het nooit mee rmocht laten zien. Ze mocht zichzelf niet opofferen.

Ik keek oo naar zijn gezicht en hoorde toen voetstappen. 'Je celmaaatje denk ik...'

c'ik weet het niet.' hij sloot zijn ogen en luisterde naar de vietsyappen.

Ik keek naar hem en kroop van hem af. 'Ik verstop me voor de zekerheid wel.' Snel kroop ik onder het bed.

Hij sloot zijn ogen en zuchtte zacht.

Ik wachtte rustig af onder hetbed.

Hij had zijn ogen gesloten.

De celmaat kwam binnen en keek verbaasd toe. 'Wat heb je gedaan?'